Dit artikel moet worden onderhouden. Dit artikel moet worden onderhouden om te voldoen aan de wiki richtlijnen. Meer info... |
Geschikt voor: | |
Versie: | 10.04 LTS |
Foto's en camera's
Tegenwoordig gebruiken veel mensen een digitale camera om waardevolle momenten vast te leggen. Dit artikel vertelt hoe u met uw digitale camera en digitale fotocollectie aan de slag kunt in Ubuntu.
Foto's importeren
Digitale camera's
Ubuntu herkent de meeste camera's automatisch als u ze aansluit, en zal vragen of u de foto's die op de camera aanwezig zijn wilt importeren.
Ga op deze manier te werk om de foto's op uw camera te importeren:
- Sluit de camera aan en zet hem aan in de "foto's bekijken"-stand. Ubuntu vraagt nu of u de foto's die op de camera staan wilt importeren.
Klik op Importeren. U ziet nu een voorbeeld van uw foto's.
Kies een locatie waar u de foto's wilt opslaan en klik daarna op Importeren. Nu staan de foto's op uw computer.
Als Ubuntu u niet vraagt om de foto's te importeren, doet u het volgende :
Ga naar Toepassingen > Grafisch > F-Spot fotobeheer. Als u F-spot fotobeheer voor de eerste keer start, zal het venster voor het importeren van de foto's van uw digitale camera automatisch openen. Als dit niet het geval is, ga dan naar Foto > Importeren....
Kies nu onder Importeer locatie uw digitale camera.
Klik nu op Importeren om de foto's van de digitale camera te importeren.
Als uw camera niet zichtbaar is als een Importeer locatie, ga dan naar Locaties > Computer, en kijk of uw camera zichtbaar is als een verwisselbaar medium. Als het zo is, kunt u via de bestandsbeheerder handmatig de foto's naar uw computer kopiëren.
Geheugenkaarten en harde schijven
Fotocollectie beheren
F-Spot fotobeheer geeft u een volledige oplossing voor het organiseren van uw fotocollectie. Om het te starten, gaat u naar Toepassingen > Grafisch > F-Spot fotobeheer.
Met F-Spot fotobeheer kunt u foto's importeren vanaf een digitale camera of een USB-stick. Daarnaast kunt u uw foto's een label meegeven dat de foto beschrijft, en kunt u er bewerkingen op uitvoeren. U kunt ook direct uw foto's uploaden naar Flickr, een PicasaWeb-album en andere online fotogalerijen.
Voor hulp bij het gebruik van F-Spot fotobeheer, zie de F-Spot gebruikershandleiding (Engels).
Foto's bekijken
Door een diashow van uw foto's op te starten kunt u de foto's op het volledige scherm weergeven.
Om een diashow te starten doet u het volgende:
- Ga met de bestandsbeheerder naar de map waar uw foto's in staan.
- Dubbelklik op de foto waarmee u de diashow wilt beginnen.
Volledig scherm
Druk op Beeld > Volledig scherm (of F11) om de foto's op het volledige scherm te laten zien. U kunt door uw foto's bladeren met de pijltjestoetsen op het toetsenbord. Om terug te keren in het venster, druk op Esc of F11.
Diavoorstelling
U kunt ook een diavoorstelling van uw foto's laten zien, zodat automatisch van foto wordt verwisseld. Druk op Beeld > Diavoorstelling om de diavoorstelling te starten, of druk op F5.
De diavoorstelling kan worden gepauzeerd door op de P te drukken. Om de diavoorstelling te stoppen drukt u op Esc of F5.
Een diavoorstelling als schermbeveiliging
U kunt een diavoorstelling van uw foto's gebruiken als schermbeveiliging.
Druk op Systeem > Voorkeuren > Schermbeveiliging.
Selecteer het F-spot foto's-thema.
Foto's met het label Favorieten zullen nu in een diavoorstelling worden weergegeven als schermbeveiliging.
Als u het label dat voor de schermbeveiliging wordt gebruikt, wilt veranderen, doet u het volgende:
Druk op Toepassingen > Grafisch > F-Spot fotobeheer.
Druk op Bewerken > Voorkeuren.
Bij Schermbeveiliging, kies het gewenste label dat voor de schermbeveiliging wordt gebruikt.
Druk op Sluiten.
Foto's afdrukken
Uw foto's printen is een geweldige manier om ze aan anderen te laten zien en ze te delen.
- Dubbelklik op de foto die u wilt printen. De foto opent zich nu in het afbeeldingsweergave-programma.
Druk op Bestand > Pagina-instellingen.
Bij Opmaken voor, selecteert u de printer die u gaat gebruiken.
Bij Papiergrootte, selecteert u het formaat van het papier waar u de foto op gaat printen.
Bij Ligging, selecteert u de ligging van de foto op het papier.
Druk op Toepassen.
Druk op Bestand > Afdrukken.
- Verander eventueel de print-instellingen naar keuze ( zie beneden ).
Druk op Afdrukken om de foto te printen.
Instellingen
U kunt de instellingen voor het afdrukken nog wat fijner afstellen om de beste resultaten te verkrijgen. Al deze instellingsopties kunnen gevonden worden in het dialoogvenster dat zich opent wanneer u op Bestand > Afdrukken klikt.
Verschillende modellen printers bieden verschillende instellingsmogelijkheden aan. De instellingen die hier beschreven worden zijn enkel geleverd als gids voor wat u misschien kunt instellen.
Papiertype
Op het tabblad "Paginainstellingen", onder het kopje "Papier" kan u misschien bij "Papiersoort" het papiertype waarop u wenst af te drukken instellen.
Het type papier dat u gebruikt, heeft een hoge impact op de kwaliteit van de afgedrukte foto. U moet zorgen dat "Papiersoort" overeenkomt met het type papier dat u met uw printer gebruikt, om afdrukken met een slechte kwaliteit te voorkomen.
Het kan zijn dat deze instelling automatisch de hoeveelheid gebruikte inkt aanpast, om de beste resultaten te verkrijgen en om geknoei te voorkomen. Hoe deze instellingen veranderen, hangt van uw printer af.
Foto's delen
Foto's bewerken
Soms wilt u een foto bewerken of retoucheren, om ze er beter uit te laten zien of om bepaalde fouten te herstellen. F-Spot fotobeheer heeft hier bepaalde functies voor. Om een afbeelding te bewerken in F-Spot fotobeheer, klik op de afbeelding om die te selecteren, en klik je vervolgens op het < aanvullen >, hierna krijgt u de afbeelding volledig te zien en zijn er onderaan het scherm verschillende knopjes om de foto te bewerken.
Als u wat meer mogelijkheden wilt, biedt GIMP Image Editor uitkomst. Dit programma is standaard geïnstalleerd in Ubuntu. U kunt het starten door naar Toepassingen > Grafisch > GIMP Image Editor te gaan.
GIMP Image Editor biedt vele professionele functies. Het heeft onder andere functies voor selecteren, tekenen, het maken van paden, maskers, filters, effecten en meer.
Draaien
Sommige foto's zijn met de camera rechtop genomen, bijvoorbeeld voor een portret of een hoog gebouw. Om deze foto's te draaien doet u het volgende:
- Ga met de bestandsbeheerder naar de map waar de foto in staat.
- Dubbelklik op de foto die u wilt draaien.
- Druk nu op de knop met het pijltje naar links of het pijltje naar rechts om de foto respectievelijk naar links of naar rechts te draaien.
Verkleinen
U kunt foto's die te groot zijn kleiner maken. Dit zal ook de bestandsgrootte van de foto verkleinen, wat handig is als u deze bijvoorbeeld per e-mail wilt verzenden.
- Ga met de bestandsbeheerder naar de map waar de foto in staat.
Rechtsklik op de foto die u wilt verkleinen, en kies Openen met > Openen met "GIMP Image Editor" .
Druk op Afbeelding > Afbeelding schalen.
Verklein de Breedte of de Hoogte van de afbeelding. De verhouding van de foto blijft gelijk.
Als u de breedte of de hoogte onafhankelijk wilt wijzigen, druk dan op de verbindknop die de Breedte- en Hoogtevakjes verbindt, zodat de knop eruit ziet als een verbroken verbinding.
Druk op de knop Schalen.
Druk op Bestand > Opslaan als en kies een nieuwe bestandsnaam voor de foto.
Druk op Opslaan om de verkleinde foto op te slaan.